|
|
|---|
STOKSNIJBONEN
|
|
Als u van een kleine
oppervlakte meer bonen wilt oogsten gebruikt u stokbonen. Vóór
het leggen van de bonenzaden moeten in het plantbed de stokken gezet worden,
met windrichting mee, zodat het gewas niet kan omwaaien. De 2 tot 2,5
meter lange stokken worden in twee rijen met een tussenruimte van 80 cm
schuin naar elkaar toe geplaatst, in de rij op 40 cm van elkaar. Deze
schuinstaande stokken worden bovenaan, op ca. 30 cm van de top stevig
aan een dwarsliggende stok gebonden. Om de onderkant van elke stok wordt
nu op 10 - 12 cm afstand van de stokken een 3 cm diepe zaaigeul in cirkelvorm
getrokken, waarin u 5 - 6 zaaibonen legt. Overdekken met compost en licht
aandrukken. Zaaitijd vanaf half mei. Hieronder genoemde soorten zijn zonder
draad. |
 |
|
|||||||
 |
|
|||||||
| |
Een warmteminnend geslacht
met zeer lange (soms wel 100 cm of langer), dunne, ronde, veterachtige
peulen. In West-Europa lukt het kweken van de lange kouseband eigenlijk
alleen in de kas. Buiten alleen op een zeer warme, beschutte plaats. Smakelijk
bij tal van Oosterse gerechten. De planten kunnen een hoogte van 3 meter
bereiken. Zaaien op warmte onder glas, verspenen in potjes en later uitplanten
en zodra nodig leiden langs stokken of draden |
 |
|
|||||||
* geschikt voor diepvries
ga naar | keuzemenu
| overzicht groenten |
home
|
bestellijst
groenten | 